Friends
(You’ve got a friend in me, Randy Newman)
Heb de ganse
namiddag gebeld. Eerst mijn vriend ingelicht terwijl ik in de wagen zat op de
ziekenhuisparking. Daar waren die tranen weer. Gelukkig kijkt er tegenwoordig niemand
meer op als je een mondmasker op hebt, ook niet als je alleen in de wagen zit. Het
voelde wel lekker beschermend zo, terwijl de tranen zich snel en efficiënt verstopten
achter mijn doorweekte COVID masker.
Het luidop zeggen
hielp wel. De eerste keer wat moeilijk, met veel horten en stoten. Het praat
ook niet zo makkelijk met een mondmasker en je krijgt er een beetje een droge
keel van… Mijn volgende ventileermomenten verliepen al een pak vlotter. De robot
leek een zekere routine te krijgen. Kon hij zijn lesje even afdreunen dat hij
zo goed had gecapteerd van de uitleg van de borstverpleegkundige. Mits enkele
gaten hier en daar. Ach, de grote lijnen blijven dezelfde. Dit is shit nieuws.
Mijn vrienden
deden het geweldig goed. Nuchter, bezorgd, luisterend, geduldig. Ik heb het waarschijnlijk
niet luidop gezegd, maar ik ben hen er heel dankbaar om. Want misschien was dat
nog een emotie die ik gevoeld heb de afgelopen uren: eenzaamheid. Maar zo voel
ik mij nu niet meer. Angst en verdriet en een milde boosheid (bestaat dat?), maar
niet meer eenzaam. Ik voel mij begrepen en gehoord en getroost.
Dankjewel!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!
Reacties
Een reactie posten